Interview met agrariër Ton van Schie

Het Energieloket voor bedrijven gaat op pad naar duurzame ondernemers in de regio. Vandaag spreken wij met Ton van Schie, agrariër in Nieuw-Vennep. Ton is opgeleid tot docent motorvoertuigen, maar wilde toch op de boerderij werken. Hij deed de avondschool voor landbouwtechniek en nam de boerderij over van zijn vader. Naast het boeren zelf is Ton ook al jaren actief bij de LTO.

Kan je ons wat vertellen over jouw bedrijf?

Ik teel momenteel paastakken en pampasgras. Dat laatste zijn de grote pluimen die vaak gebruikt worden als droogbloemen. Dat doe ik al heel lang. Initieel verdiende dat niks, maar sinds een aantal jaar is dat populair.

Mijn vader was koeboer en deed daarnaast een beetje akker- en tuinbouw. Maar ik vond akkerbouw veel interessanter. Nadat ik het bedrijf heb overgenomen in 2000 ben ik gestopt met koeien. Een tijd heb ik sierpompoenen geteeld. Maar de inkomsten daarvan waren ook erg variabel. Als er dan een plekje op zat, dan was de pompoen 10% minder mooi, en 90% minder waard.

Jij hebt de afgelopen jaren verduurzaamd. Wat heb je precies gedaan?

In 2007 ben ik begonnen met de eerste drie zonnepanelen. Als boer zijn je inkomsten variabel, dus ik keek altijd vooruit: als ik het nu kan betalen, doe ik het, ook al is het nog niet rendabel — als ik maar weet dat ik later er minder kosten aan heb. Over de jaren zijn het steeds meer zonnepanelen geworden. Onderhand heb ik er ruim 80. Maar niet op het dak van de oude boerderij, want de constructie is niet geschikt voor zonnepanelen, zeker niet tijdens storm.

De oude boerderij hebben we verbouwd. Plafond, muren, vloer — alles zit hier nu goed. Omdat ik het altijd druk heb, wilde ik eigenlijk alles uit handen geven, maar dat is toch anders gelopen. Zo ben ik zelf begonnen met slopen en puin scheppen. De balken waren niet sterk genoeg, dus daar heb ik stukken uitgezaagd en nieuwe stukken ingezet. Vervolgens een voorzetwand met dikke balken geplaatst om het geheel extra steun te geven.

Ik heb me laten adviseren door Woonwijzer in Rotterdam en zo ben ik gekomen op schuimbeton voor de vloer isolatie. Dat is echt super spul. Elke 10 centimeter schuimbeton heeft een isolatiewaarde van ongeveer 1. Onze vloeren hebben nu 80 centimeter schuimbeton én vloerverwarming. We hebben nu nog enkele oude radiatoren, maar die staan in delen van het huis waar eigenlijk geen verwarming nodig is.

Daarnaast hebben we met vlaswol geïsoleerd. Dat is iets duurder dan glaswol, maar is beter met het opnemen en afstaan van vocht. Het was vroeger vies, tochtig en het stonk. Nu niet meer: het zorgt echt voor een prettig binnenklimaat.

Voor de ventilatie wilde ik per se ook warmteterugwinning. De decentrale ventilatie die ik heb, blaast en zuigt tegelijk. Sommige apparaten blazen een paar minuten, en dan zuigen ze, maar dan krijg je geluidsoverlast van buiten mee. Ik woon vlakbij Schiphol en apparaat sluit het geluid van de luchtvaart beter af dan een gescheiden decentraal ventilatie systeem.

Tenslotte hebben we nieuwe kozijnen geplaatst met speciaal, extra dik glas dat ook goed geluid isoleert.

Dat is een enorm project geweest! Hoe ben je tot die interesse in duurzaamheid gekomen?

De interesse in duurzaamheid is er altijd al geweest. Het past bij mij dat ik geen pesticiden hoef te spuiten. Dat, samen met de zorgboerderij. Dat ging ook om het leveren van zorg en niet om de opbrengst. Ik kreeg meer werk voor elkaar als ik alleen werkte, maar ik vond het ontzettend leuk om hen op te halen, koffie te doen, samen aan de slag te gaan. Zo voeg ik iets toe aan de wereld.

“Hoe wij de wereld met elkaar inrichten is niet robuust. Daar moet wel iets veranderen.” – Ton

Sinds 2010 heb ik me helemaal verdiept in hoe ik de verduurzaming aan zou kunnen pakken. Voor de LTO ben ik thema-houder energie. Ik ga naar de stuurgroepen toe en daar behartig ik de belangen van de boeren. Pas moest ik bijvoorbeeld in Utrecht zijn voor een project voor meer zon op het dak. Toen kon ik ook laten weten dat het bij boeren vaak zo werkt dat het zoeken van installateurs van mond op mond gaat. Zo van, ‘als hij het zegt, dan is het goed’.

Waar zie jij kansen en obstakels voor ondernemers in de agrarische sector?

Ik zie veel kansen. Laatst hadden we voor LTO een erf van de toekomst getekend met zonnepanelen, een boerderijmolen op je erf, een waterstof trekker en meer. Windturbines zijn daarbij minder populair in Noord-Holland dan in andere provincies. Boeren willen zo veel mogelijk behoud van land voor teelt. Dus liever wind dan zon, zo in het algemeen. Maar een eigen boerderijmolen op je erf zetten, valt vaak buiten het bestemmingsplan. Dan moet je als boer van alles doen om het voor elkaar te krijgen. De gemeente heeft geen tijd om er beleid over te maken, dus het wordt niet gestimuleerd. Terwijl het wél energie levert, ook in de winter. En in de polder waait het flink. Maar een boer die een boerderijmolen op zijn erf wil, zegt nu: begin er dan maar niet aan, het is een hoop ellende bij de gemeente. Het is een mooie kans, maar vooral als het op gemeentelijk en landelijk niveau beter geregeld en gestimuleerd wordt. Dus wat gebeurt er nu: leg maar gewoon zonnepanelen. Jammer dat we hier met elkaar een kans laten liggen.

Boeren spelen ook een rol bij het veranderen van de wereld. Vaak wordt er gedacht: meer werk is sneller meer rijkdom. Maar ik probeer ze ervan te overtuigen dat er een manier van boeren is waar je zelf beter van wordt, waar de directe omgeving erop vooruit gaat (ook op sociaal vlak) en je geld verdient.

Ben jij ondernemer en heb jij ook een mooi verhaal over verduurzaming? Laat het ons weten.

Wil jij ook verduurzamen?

Lees meer over warmtepompen en over isoleren.

Vorige
Vorige

Interview met auto liefhebber (en verkoper) Rick van Driel

Volgende
Volgende

Interview met Dennis Molenaar van Molenaar Haarlem BV