Rohald van Dijk van Fertiplant over een gezamenlijk warmtenet

Het Energieloket voor bedrijven gaat op pad naar duurzame ondernemers in de regio. Vandaag gaan we langs bij Fertiplant in Aalsmeer, groothandel van planten. Net over de grens van Haarlemmermeer staan de kassen en het kantoor. Het hele jaar door gebruikt Fertiplant de restwarmte van het nabije datacentrum om het pand te verwarmen. Wij spraken Rohald van Dijk, sinds 1997 werkzaam bij Fertiplant en huidig directeur, over het traject richting het warmtenet. 

Rohald van Dijk, Directeur Fertiplant in Aalsmeer

Wat voor bedrijf is Fertiplant en hoe onderscheiden jullie je van de concurrentie? 

Wij zijn een groothandel van tropische planten in de breedste zin van het woord. Dat kunnen tuinplanten of kamerplanten zijn. Wij exporteren binnen en buiten Europa en we exporteren jonge planten naar verre, overzeese bestemmingen. We werken met ongeveer vijftig mensen, maar in ons piekseizoen kan dat oplopen tot zeventig mensen, inclusief uitzendkrachten. 

Nederland is relatief goed in het veredelen en produceren van nieuwe plantensoorten: we zijn betrouwbaar en we bieden goede logistiek. Samen met een partner hebben wij ook een eigen lab en daar vermeerderen wij varens.  

Fertiplant is heel groot in klein. Tegenwoordig werkt het zo: of je levert aan de IKEA's en de Lidls van de wereld, of je levert aan de kleine partijen. Wij doen dat laatste. En daarbij gaan we altijd een stapje verder dan de concurrenten. Mocht een klant een levering willen op een lastige locatie, dan doen wij dat wél. Zo bezorgen wij bij kleine winkeltjes in Finland, een kweker in Griekenland, en een groothandel in het midden oosten. Dat zorgt voor een divers klantenbestand, met meer dan 60 landen. Als onze grootste klant zou stoppen zullen we zeer chagrijnig zijn, maar wij zouden er geen minuut minder om slapen. En zo blijven we baas in eigen huis. 

Jullie hebben hier een grote kas en een kantoor. Dat is aardig wat ruimte om warm te houden. Kunnen jullie daar wat over vertellen?  

Dit was een oude kwekerij, met één ouderwetse, grote ketel. In één maand gebruik je daarmee meer kuub gas om de ketel warm te houden, dan een gezin verbruikt in een heel jaar. In 2016 hebben wij het nieuwe pand laten uittekenen. In de eerste instantie gewoon met ketels. Bij de bouw ging alles volgens de huidige bouwbesluiten, waardoor we nu betere isolatie hebben. We hebben toen alvast twee keer zoveel slangen aangelegd in de vloer, voor het geval dat er ooit een warmtenet zou komen. 

Een kas kan je natuurlijk moeilijk isoleren. We hebben daar nu een energiedoek hangen. Als het koud wordt, gaat het doek dicht waardoor je de ruimte verkleint. Daardoor hoeven we minder te verwarmen. 

Jullie hebben wel goed vooruitgedacht, dan. Hoe zijn jullie bij het warmtenet gekomen? 

Er zit een datacentrum aan de overkant met 2 MegaWatt warmte. Al die warmte ging de lucht in. Tegen het einde van de verbouwing benaderde de gemeente ons om mee te doen met een warmtenet, samen met het zwembad en de school.  

Eerst waren we er niet zeker van. Het datacentrum was van KPN, het zwembad van de gemeente en de school is een sociale voorziening. Zij blijven wel bestaan. Maar als kleinere commerciële partij wilden we het laten doorrekenen. Toentertijd was gas nog heel goedkoop, dus de terugverdientijd zou 10 tot 15 jaar zijn. En wij zaten net met de kosten van de verbouwing. Milieu gaat ons wel aan het hart en we zagen de lange termijn voordelen er ook van in. Maar wij hebben ook een financieel boekje. In de eerste instantie zeiden we dus nee. Maar toen kwam de gemeente met de DEI subsidie – een subsidie voor pilotprojecten met innovatie energie. Daardoor werd de terugverdientijd ingekort. Daarnaast was het onderhand alweer een jaar na de verbouwing en hadden we meer financiële zekerheid. 

Dat warmtenet was natuurlijk een 'once in a lifetime' kans. Omdat de gasprijzen toen nog laag waren, gaven de financiën niet de doorslag. Maar: een gezond financieel plaatje was wel een voorwaarde. 

Heeft het warmtenet jullie uiteindelijk financieel wat opgeleverd? 

Nou, zeker! We leven in een rare tijd qua energie. Na de inval in Oekraïne en de stijging van de gasprijzen is onze terugverdientijd behoorlijk verkort. Zoveel heeft het ons financieel gebracht en dan hebben we nog niet eens zonnepanelen. 

Dat was geen wijsheid vanuit ons, hè. We kunnen wel doen alsof, maar dat weet je altijd pas achteraf. De kunst van het ondernemerschap is 'wanneer zeg je ja, wanneer zeg je nee'. Of het een goede keuze is dat weet je pas later. 

Hoe werkt de samenwerking tussen de betrokken partijen? 

Er was een bureau dat het project begeleidde. Zij maakten een verdeling van de kosten op basis van het energieverbruik per partij. Niemand heeft daardoor meer voordeel van het warmtenet dan de ander. De school is bijvoorbeeld een kleinverbruiker en heeft minder ingelegd. Het werkt een beetje als een coöperatie, al zijn we dat niet. Dat is bijzonder: het netwerk is echt van de school, KPN (NL-DC), het zwembad en van ons. Het is niet van de gemeente of een energievoorziener. 

KPN (NL-DC) doet ook de monitoring. Zij kunnen zien wanneer er een lek of storing is. Wij hebben een keer lekkage gehad bijvoorbeeld, en toen hebben zij meteen onze installateur gebeld. 

Wat voor installatie hebben jullie nu in het pand? 

De installateur die bij de andere partijen de warmtepomp had geïnstalleerd kwam ook met een offerte voor ons. Maar wij zijn toch even gaan shoppen. Onze toenmalige leverancier kwam ook met een offerte. Die bood praktisch hetzelfde aan voor dezelfde prijs, maar dan mét de mogelijkheid om te koelen. Wij moesten toch nog iets met de koeling in het kantoor, en de warmtepomp is echt de fijnste vorm van koeling die er is.  

In principe was dat de juiste beslissing. Achteraf hebben we wel geleerd dat we het anders hadden moeten aanpakken met de hoeveelheid warmtepompen. We hebben er nu zes, waarvan er twee ook kunnen koelen. Maar dat is een heel orgel geworden. Dat komt ook met problemen: er is al een paar keer iets stuk gegaan. Dat komt doordat een warmtepomp constante flow nodig heeft. Als die flow eraf gaat, schiet 'ie in het ijs. Achteraf gezien hadden we beter één grote warmtepomp en nog een kleintje voor het koelen kunnen installeren. 

Onze installateur is nu vijf jaar verder en doet dat onderhand helemaal anders. Bij andere kwekers boort hij nu putten en plaatst hij zonnecollectoren om warmte op te slaan. Hij en wij hebben er veel van geleerd en daarom is hij heel coulant naar ons. Er is nu bijvoorbeeld iets stuk, en dan komt hij dat gewoon maken. Een andere installateur had onze warmtepomp misschien vervangen voor 20.000 euro, maar hij haalt dat ding uit elkaar en laat alleen het kapotte onderdeel maken. Dan kost het misschien 2.000 euro. Dat scheelt enorm. 

Voorziet je installatie in alle behoeftes voor warmte en koeling? 

Voor verwarming sowieso. Voor koeling hebben wij alleen bij de receptie nog een airco. En de kas hoeven we niet te koelen. Onze planten staan hier hoogstens maar een paar dagen. Wij zijn handelaar, geen kweker. 

Hier is het goed geïsoleerd, maar in de kas niet. We wilden eerst één ketel laten hangen voor die een of twee weken per jaar dat het echt koud is. Toen dachten we, laten we dat echt intact voor die korte periode? Ik hou nu gewoon het weerbericht in de gaten. Twee dagen voor de vorst draaien we alles open, die warmte slaat namelijk op in de vloer en dat is genoeg om de vorst te overbruggen. 

Het water komt met 21 a 22 graden bij ons binnen vanuit het datacentrum. Dat is de ideale temperatuur. Dat koelt bij ons af en gaat weer terug naar het centrum – het is een heen-en-weer-systeem. Met ons warmtenet gebruiken wij met de andere partijen nu de helft van de restwarmte die opgewekt wordt door het centrum – en de helft gaat de lucht in. Er is dus warmte over. Er was initieel nog een partij die mee had kunnen doen, en die heeft dat niet gedaan. 

In een ander interview las ik dat jullie zonnepanelen wilden. Wat is de status daarvan? 

In 2020 waren we daarmee bezig, maar toen kwam Corona. Daarom hebben we dat uitgesteld. Het dak op de kas kan geen zonnepanelen dragen, maar het kantoor wel. Daarmee dekken we ons verbruik in de winter niet, dus we leggen alleen zoveel aan dat het ons verbruik in de zomer kan dekken. Batterijen zijn voor ons met de huidige mogelijkheden nog geen optie. 

We zijn nu helemaal van het gas af maar we hebben nu wel een hele zware aansluiting – 120 kVA volgens mij. Wij waren net op tijd met die aansluiting. Dat is nu moeilijker te krijgen. Wat dat betreft gaat elektrificatie in Nederland nog serieuze problemen opleveren. Waar ik een mooie kans zie, is in het gebruiken van de elektrische auto voor opslag. Wanneer de auto niks staat te doen, kan je de opbrengst van je zonnepanelen erin laden en later weer gebruiken. 

Hoe zie je de rol van ondernemers in de verduurzaming? 

Energie en verduurzaming zijn natuurlijk belangrijk, maar de portemonnee is er ook. De schoorsteen moet blijven roken. Dat is een heel dun lijntje. In goede tijden wil iedereen verduurzamen, maar als de handel afneemt opeens niet meer. 

Ja, we moeten verduurzamen, maar het gaat soms een beetje te hard. De maatschappij kan het niet bijhouden; bedrijven ook niet. Je moet het financieel wel kunnen dragen. Bijvoorbeeld: de overheid bouwt de salderingsregeling af, maar er is geen 10-30 jaren plan voor daarna. Eigenlijk moeten ze zeggen, 'we bouwen af, maar daar staat tegen over dat we vanaf 2025 subsidie bieden op batterijen, en die bouwen we ook af'. Dan kan je als ondernemer of bewoner een plan maken. Dat kan nu niet! 

De overheid verwacht ook van ondernemers dat we overstappen naar elektrische vrachtauto's. Maar ze hebben het te weinig over de kosten en verminderde actieradius van die vrachtauto's, en de gevolgen voor de handel. Vervolgens is er geen alternatief. Wat mij betreft zetten we kerncentrales neer en bouwen we de gas-infrastructuur om naar waterstof. Maar het komt erop neer dat de overheid een helder plan moet aanbieden. Niet alleen een visie over hoe het land er over 50 jaar uit moet zien, maar ook een traject van hoe we daar gaan komen en hoe we het betalen. Dat is nou handelingsperspectief. 

De verduurzaming is veel te groot om over te laten aan gemeenten. In Europa is het zo dat de markt regeert. En de markt wil weten: waar zijn we aan toe? 

Rohald bedankt voor het mooie interview en de inzichten in jullie proces. Heb jij ook een interessant ondernemersverhaal? Neem contact op.

Wil jij ook verduurzamen?

Lees meer over verwarmen en koelen.

Volgende
Volgende

In gesprek met Nico & Nico van KSB